De CDNA heeft het geval van Indigogors, waargenomen op 9 april 2019 te Veenendaal niet aanvaard. Na twee stemronden was de commissie (unaniem) van mening dat deze vogel té verdacht was om als wild te worden beschouwd.
Op basis van het blauwe kleed, inclusief de handpendekveren, betrof het een adulte man. De vogel was niet geringd en de naakte delen en het verenkleed vertoonden geen zekere tekenen van een herkomst uit gevangenschap. Wel werden de groeiende veren boven de snavel als opvallend en enigszins verdacht beoordeeld. De leeftijd van de vogel (adult), de locatie (in een tuin in een woonwijk in het binnenland) en de timing (voorjaar) past in de ogen van de CDNA niet binnen het te verwachten patroon van een wilde vogel. De CDNA heeft ook meegenomen dat er in het voorjaar 2019 meerdere waarnemingen waren van Indigogorzen in Nederland, namelijk van 30 maart tot 1 april 2019 te Purmerend (een gekleuringde vogel) en op 18 april 2019 in het Amstelpark, Amsterdam (eventuele geringdheid niet te beoordelen). Dit bevestigt het beeld dat het escaperisico van deze soort hoog is.
Indigogors is een grote zeldzaamheid in Europa. Als de waarnemingen op de Azoren (60+) buiten beschouwing worden gelaten dan zijn er in Europa slechts 8 aanvaarde gevallen (waarvan 2 in Nederland, 2 in het Verenigd Koninkrijk, 2 in IJsland, 1 in Ierland en 1 in Denemarken). In het voorjaar is deze soort sowieso extreem zeldzaam met slechts 2 waarnemingen (Verenigd Koninkrijk, 20 mei 2013 en Azoren, mei 2017).
De optelsom van leeftijd, locatie, overige verdachte gevallen in Nederland in 2019 en het patroon van voorkomen in Europa heeft de CDNA doen besluiten dit geval op status niet te aanvaarden.
Mede gelet op de ogenschijnlijke overeenkomsten van dit geval met eerdere waarnemingen in Nederland en ook omdat de kennis over het voorkomen van de soort in Europa de afgelopen jaren aanzienlijk is verbeterd, heeft de CDNA besloten om de twee aanvaarde gevallen van Indigogors in Nederland (8 juni t/m 15 juli 1983, Hollandse Kroon en 10 - 23 maart 1989, Amsterdam) te laten herrouleren.
Besluitvorming over deze gevallen wordt in de eerste helft van 2020 verwacht.
Thijs Fijen, James Lidster & Eddy Nieuwstraten, namens de CDNA